Elektriciteit op de camping geen makkie

Wat is veilig, wat gaat er mis en hoe sluit je je caravan of camper op de juiste manier aan op het stroomnet?

Zelf maken of kopen?

Vorig jaar namen wij de proef op de som. Jos maakte eigenhandig een kabel. Je ziet die video hiernaast. Het blijkt dat die kabel duurder uitviel dan de kabel die je kant-en-klaar in de kampeerwinkel koopt. Zelf maken heeft dus niet zo veel zin. Behalve dan als je voordelig aan de juiste kabel kunt komen. We hebben achter in dit magazine trouwens wat kabels voor je op een rij gezet.

This video has been disabled until you accept marketing cookies.Manage your preferences here or directly accept targeting cookies

Zorg voor zo min mogelijk overgangen

Je ziet het best veel op de camping: een kort CEE-kabeltje en daaraan een gewone aansluiting. Daarin een stekker die aan een haspel zit. Bij de caravan of camper een kort snoertje waar weer een stekker met aan het einde een CEE zit, die vervolgens de caravan of camper in gaat. Op één aansluiting zitten zo al vier overgangen. Twee van die overgangen zijn ook nog eens minder goed, vanwege de kortere en dunnere pin. In die overgangen kan vocht komen. Je hebt dus twee keer meer kans op kortsluiting. De stroom moet vier keer een stap over een onderbreking nemen. Daar kan warmte vrijkomen en je kunt er spanning op verliezen. Zorg daarom voor zo min mogelijk overgangen in je verbinding met het stroomnet.

Is 230 volt eigenlijk wel 230 volt?

Als 230 volt niet echt 230 volt is, merk je dat het eerst bij de koelkast. Die gaat minder koelen terwijl het buiten helemaal niet zo warm is. Het komt op campings voor dat er teveel aansluitingen op het stroomnet zijn. Hoe meer afnemers, hoe groter de afstand die de elektriciteit moet afleggen en des te groter de kans op een spanningsval. Je krijgt dan geen 230 volt, maar misschien maar 180 volt en dat merk je.

Aardlekschakelaar vereist

In je caravan of camper zou altijd een aardlekschakelaar moeten zitten. De aardlekschakelaar meet continu of de stroom die de caravan inkomt net zo groot is als die eruit gaat. Als daar een verschil is dan wijst dat op een lekkage. Dit kan een kapotte kabel zijn die ergens tegen aarde ligt. Of een kapot apparaat. Als dit tegen het chassis van de caravan of camper is dan kun je een behoorlijke schok krijgen als je uitstapt bijvoorbeeld. Levensgevaarlijk dus.

Wat is de juiste kabel?

In Duitsland hebben de kabels waarmee je de caravan of camper op het stroomnet aansluit een minimale verplichte waarde. Natuurlijk is die kabel drie-aderig voor 'nul, lijn en aarde'. Maar de kabeldikte is voorgeschreven en moet 3 x 2,5 mm2 zijn. Dit heeft te maken met de maximale stroom en de lengte die een kabel dan mag hebben. Bij 230v gaan we uit van 16a. Dan mag de kabel langer dan 50 meter zijn. Technisch mag je over 3 x 1,5 mm2, 16 ampère tot 25 meter kabel gebruiken. De juiste kabel is daarom 3 x 2,5 mm2. De lengte mag je zelf bepalen.

CEE voor de veiligheid

Die dikke blauwe stekker zit er niet voor niets. Dat is een zogenaamde CEE form stekker. Deze biedt de optimale veiligheid voor kabelverbindingen. Ze vergrendelen als ze zijn ingestoken. De pennen hebben voldoende lengte en dikte voor een zo laag mogelijke overgangsweerstand. En als ze zijn ingestoken kun je onmogelijk in contact komen met de spanningvoerende delen.